Bij de vaststelling van een bestemmingsplan heeft de raad beleidsvrijheid om bestemmingen aan te wijzen en regels te geven die de raad uit een oogpunt van een goede ruimtelijke ordening nodig acht. De Afdeling toetst deze beslissing terughoudend. Dit betekent dat de Afdeling aan de hand van de beroepsgronden beoordeelt of aanleiding bestaat voor het oordeel dat de raad zich niet in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat het plan strekt ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening. Voorts beoordeelt de Afdeling aan de hand van de beroepsgronden of het bestreden besluit anderszins is voorbereid of genomen in strijd met het recht.
geurgevoelig object: gebouw, bestemd voor en blijkens aard, indeling en inrichting geschikt om te worden gebruikt voor menselijk wonen of menselijk verblijf en die daarvoor permanent of een daarmee vergelijkbare wijze van gebruik, wordt gebruikt;Wet geurhinder en veehouderij artikel 1
Het bodemonderzoekstraject bestaat uit de stappen: vooronderzoek, verkennend onderzoek en nader onderzoek. Als het bevoegd gezag-Wbb op basis van het nader onderzoek een besluit moet nemen over de ernst en het al dan niet met spoed saneren van een verontreinigingssituatie dan zal het bevoegd gezag dit onderzoek en de resultaten ervan beoordelen. Hierbij speelt onder meer de vraag of is voldaan aan de voorwaarden en/of eisen uit de van toepassing zijnde protocollen en richtlijnen.
https://www.bodemplus.nl/onderwerpen/bodem-ondergrond/bodemsanering/bodemonderzoek/
Een vergunning voor een veehouderij wordt geweigerd indien de geurbelasting van die veehouderij op een geurgevoelig object, gelegen:Wet geurhinder en veehouderij artikel 3 (onduidelijke relevantie)
- A) binnen een concentratiegebied, binnen de bebouwde kom meer bedraagt dan 3,0 odour units per kubieke meter lucht;
- B) binnen een concentratiegebied, buiten de bebouwde kom meer bedraagt dan 14,0 odour units per kubieke meter lucht;
- C) buiten een concentratiegebied, binnen de bebouwde kom meer bedraagt dan 2,0 odour units per kubieke meter lucht;
- D) buiten een concentratiegebied, buiten de bebouwde kom meer bedraagt dan 8,0 odour units per kubieke meter lucht.
--- Volgens Infomil gelden de definities van de wet geurhinder veehouderij betreft geurgevoelig object ook in het activiteitenbesluit